WONEN IN ITALIË – Serieuze zaken
Na acht uur rijden, zette ik de Panda voor de voordeur om de bagage naar binnen te brengen. Daarna ging ik naar buurvrouw Grazia. Ik vond haar achter de pasta-machine die ze op de eettafel had neergezet. Ze trok er lange pastavellen uit en fröbelde vervolgens ravioli in elkaar. Ik was duidelijk weer thuis, in Italië.
Het weekje Nederland was een aangename rollercoaster, iedere dag afspraken. Voor de korte tijd dat ik er was toch nog veel vrienden gezien. Maar ook serieuzere zaken geregeld.
Behalve dat ik mijn belastingpapieren altijd liever 'live' aan mijn belastingconsulent overhandig en dan nog het een en ander met hem bespreek, ging ik nu ook naar Nederland voor het opmaken van een levenstestament.
Het levenstestament is heel wat anders dan een gewoon testament. In een levenstestament geef je aan wie over jou gaat beslissen als je niet meer bij je verstand bent, met een deftig woord, als je wilsonbekwaam, wordt.
Mijn grote angst was altijd dat ik hier in Italië een beroerte zou krijgen, of iets anders waardoor ik niet meer kan praten of anderszins voor mezelf kan opkomen en dat ik dan hier in een verpleeghuis terecht zou komen.
Dat is nu met dit levenstestament ondervangen. Twee van mijn beste vrienden zijn nu 'gevolmachtigd' om mijn wil uit te voeren die ik in dit levenstestament heb geformuleerd.
Het had nog heel wat voeten in aarde, want deze notaris was niet een van de snelsten. Twee dagen voor vertrek had ik nog steeds geen concept van het testament. Uiteindelijk kwam het toch goed en zat ik een week geleden op het notariskantoor.
Toen de jonge, beetje corpsbalachtige notaris de definitieve tekst met mij had doorgenomen, vroeg hij opeens hoe ik in Italië terecht was gekomen. Na mijn verhaal vloog hij op en zei: "Ik ga m'n collega halen, die zit op Italiaanse les, denk erom, u moet alleen maar Italiaans tegen hem praten."
Even later kwam hij binnen met de andere notaris, zijn partner, een corpulent mannetje in driedelig grijs. Joviaal "Buongiorno signora" roepend, kwam hij binnen en stak me z'n hand toe: "Come sta?"
Ik vroeg waarom hij Italiaans aan het leren was. Hij kwam er eerst niet uit maar riep toen opgelucht "divertimento!" Gierend en halve Italiaanse zinnen roepend, liepen we het kantoor uit de gang in, waar mijn vriend, die me kwam ophalen, aangenaam verbaasd het hele tafereel gadesloeg.
Doordat ik de notaris van te voren nogal had bekritiseerd, was dit proestende trio wel het laatste dat hij had verwacht. Ze zwaaiden me uit met veel "arrivederci's" en ik had mijn levenstestament onder m'n arm.
We reden naar Zandvoort waar we voor een broodje kaas, vis en chips, een biertje en een glas witte wijn 46 euro moesten betalen. Wat is Nederland duur! Ik schrok iedere keer weer van wat ik moest betalen voor een koffie (4,50) of een biertje (7 euro).
Grappig was het bezoek bij oude vrienden die een schattige, maar heel ongezeglijke cockerspaniel hebben: Elleke. Ik had drie gebakjes meegenomen voor bij de koffie. Mijn gebakje, meringue met slagroom, zag er aanlokkelijk uit.
Ik keek even om naar de vrouw des huizes die met de koffie aankwam en daar was de meringue verdwenen. Alleen de taartbodem lag nog op m'n bordje. Naast me slobberde Elleke iets van de grond, ik kon wel raden wat het was. Ik moest erg lachen.
Ik nam ook afscheid van een oud-collega, erg leuk om al die voormalige journaal-collega's weer eens te zien. Een warm bad, echt, maar wat ben ik blij met mijn pensioen. Dat niets meer moet, dat je je niet meer hoeft te bewijzen, heerlijk.
Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.